Drs. P

’t Zand – West zijn wij volgens de borden. De overkant! Letterlijk, nu de brug “eruit ligt”. Godzijdank is daar het pontje. Het “heen en weertje”. Als kind zijnde zó leuk dat pontje. Nu, gewoon zó ontzettend blij dat hij er is. Ik ben de heren die de kou, wind en regen doorstaan om mij, mijn kinderen en alle andere mensen op fietsen en zware brommers die zij helpen tillen op en van het pontje, keer op keer afvaren en aanmeren, ketting los, ketting vast, achter elkaar door, keer op keer weer van en naar de overkant brengen dankbaar. Zeer dankbaar dat ik denk, weet je, ik neem een lekkere koek voor de mannen mee. Om te laten zien dat ik het waardeer en dat het vervelend is dat er toch weer mekkeraars zijn die zeuren over dat ze te vroeg stoppen. Om de dag een beetje te doorbreken. Gewoon omdat het leuk is om te geven.

Het pontje vaart niet meer. De wind is te hard. Het werd te gevaarlijk. Ik sta in principe nog aan de ‘verkeerde kant’ als dat ik wezen moet zeg maar.  Maar momenteel in de rijke gelegenheid om toch een warm huis binnen te gaan. Ik zet een kop thee, zoek het nummer van diegene die mij met de auto op zou kunnen halen en neem een flinke hap van de lekkere koek die nu van mij is. Morgen vaart hij vast wel weer. Koop ik wel een nieuwe……..

vrolijke groet 

We zijn hier aan de oever van een machtige rivier
De andere oever is daarginds, en deze hier is hier
De oever waar we niet zijn noemen wij de overkant
Die wordt dan deze kant zodra we daar zijn aangeland
En dit heet dan de overkant, onthoudt u dat dus goed
Want dit is van belang als u oversteken moet
Dat zou nog best eens kunnen, want er is hier veel verkeer
En daarom vaar ik steeds maar vice versa heen en weer

Heen en weer
Heen en weer
Heen en weer
Heen en weer

Ik breng de mensen heen, ik breng anderen weer terug
Mijn pont is als het ware ongeveer een soort van brug
En als de pont zo lang was als de breedte van de stroom
Dat kon hij blijven liggen, zei me laatst een econoom
Maar dat zou dan weer lastig zijn voor het rivierverkeer
Zodoende is de pont dus kort en gaat hij heen en weer
Dan vaart hij uit, dan legt hij aan, dan hij steekt hij weer van wal
En ondertussen klinkt langs berg en dal mijn hoorngeschal

Heen en weer
Heen en weer
Heen en weer
Heen en weer

En als de pont dan weer zijn weg zoekt door het ruime sop
Dan komen er werktuiglijk gedachten bij me op
Zo denk ik dikwijls over het geheim van het bestaan
En dat ik op de wereld ben om heen en weer te gaan
Wij zien hier voor ons oog een onverbiddelijke wet
Want ik als ik niet de veerman was, dan was een ander het
En zulke bedenksels heb ik nu de hele dag
Soms met een zucht van weemoed, dan weer met een holle lach
(Hahahahahaha)

Heen en weer
Heen en weer
Heen en weer
Heen en weer
Heen en weer
(Heen en weer)

Drs. P

Heb jij ook nieuws? Mail het aan redactie@tzand.info